Race en rallye overwinningen hebben hun rang en prestige. Maar sinds de auto is uitgevonden, proberen mensen het ook sneller te maken om nieuwe en steeds onvoorstelbare snelheidsrecords te vestigen. In deze competitie hebben ook beroemde bandenfabrikanten hun aandeel.

Michelin en de 100 km/h

De eerste, inmiddels legendarische strijd om de titel van snelste bestuurder ter wereld begon in de negentiende eeuw. In 1898 ging de Franse graaf Gaston de-Chasseloup Laubat de geschiedenis in als de auteur van het eerste auto snelheidsrecord - op een verlaten stuk weg in de buurt van het dorp Acheres heeft hij zich voortbewogen met 63,13 km/h. Zijn voertuig Jeantaud werd aangedreven door een elektromotor, omdat stoom-en verbrandingseenheden toen nog niet in staat waren tot zulke prestaties. Het succes leverde hem niet alleen een enorme publiciteit op, maar ook een tegenstander. De rivaliteit van Chasseloup-Laubat om nieuwe snelheidsrecords met de Belgische Camille Jenatzy was een uitvloeisel van de hedendaagse concurrentie van grote namen op de racebaan. Aanvankelijk was de Fransman aan de top - in de daaropvolgende pogingen bereikte hij 70,3 en ook, wat vrij ongebruikelijk was voor die tijd - 92.7 km/h. De graaf heeft echter niet zijn grootste droom gerealiseerd: om de 100 km/h barrière te overwinnen. Op 29 april 1899 is het Jenatzy eindelijk gelukt – in zijn torpedo-vormige auto, genaamd Jamais Contente ( "Nooit tevreden"). De rechters hebben een maximale snelheid gemeten van 105,8 km/h.

In de schaduw van deze strijd, konden de gebroeders Michelin hun overwinning vieren, omdat hun banden werden gemonteerd door race pioniers. Franse merkbanden waren ver van de moderne ideeën: ze waren vooral dun, van massief rubber en zonder loopvlak.

Hoewel de Michelin uitvindingen (zoals bijv. banden die eenvoudig te demonteren zijn na autopech) de duurzaamheid en comfort van band verbeterde, duurde het een tijdje tot de banden bondgenoot werden voor de bestuurder in het verslaan van snelheidsrecords.

 

De eerste snelheidsrecords werden verbroken op Michelin banden.
De eerste snelheidsrecords werden verbroken op Michelin banden.

Firestone versnelt Ford

Aan de andere kant van de oceaan ging Henry Ford de uitdaging van Frankrijk aan. In het begin van de twintigste eeuw, bouwde hij twee voertuigen – Arrow en 999, alleen om Chasseloup-Laubat en Jenatzy te verslaan. Na een aantal mislukte pogingen (tijdens het rijden in 1903 overleed een vriend van Ford), ging de ontwerper uiteindelijk zelf achter het stuur zitten en in 1904, op een bevroren meer van St. Clair, reed hij 147 km/h.

Amerikaanse kranten schreven wekenlang over deze prestatie, waardoor Ford de machine de bijnaam "Red Devil 999" gaf (door de rode verf op de carrosserie). Het interessante is, dat dit resultaat niet werd erkend als een officieel record in Europa – dit was te wijten aan het ontbreken van Europese rechters, die het resultaat konden meten en bevestigen. Ook al was de triomf van Ford tot op zekere hoogte onvolledig was dit ook reden tot eer voor het Amerikaanse bandenmerk Firestone, waarmee de uitvinder zijn bolide 999 heeft uitgerust.

Zo begon een lange samenwerking tussen Henry Ford en Harvey Firestone, zelfs gegarneerd met de historische bestelling van 2000 banden voor het nieuwe T-model, die debuteerde in 1904. Het is goed te onthouden dat de amerikaanse bandenfabrikant de eerste was, die werd gebruikt om te vechten voor de titel van snelste man op aarde om hun producten te promoten. Firestone banden werden op de markt gebracht als capabel voor buitengewone prestaties. Een van de ambassadeurs was Ford coureur Barney Oldfield.

 Continental noteerde de snelheidsrecords op hun standaard banden.
Continental noteerde de snelheidsrecords op hun standaard banden.

Continental en de drie records van Benz GP

Henry Ford voelde zich niet gewaardeerd (door Europeanen) door zijn prestaties in het verslaan van snelheidsrecords, maar zijn verdriet werd vijf jaar later door Duitsland getroost. In 1909, werd het werk aan het voertuig, wat in staat zou zijn om sneller dan 200 km/h te rijden (laat het duidelijk zijn, dat deze barrière in 1906 al door Fred Marriott werd overschreden, echter werd zijn Stanley Rocket aangedreven door een stoommachine) beëindigd door Julius Ganss, ontwerper die samenwerkte met Mercedes. Op 22 augustus 1909 eindigde de eerste poging (achter het stuur zat Fritz Erle, het hoofd van het sportmerk) met een gedeeltelijk succes – de verbeterde Benz GP kwam op een topsnelheid van 159,3 km/h.

Na verdere wijzigingen was de auto, minder dan drie maanden later, klaar voor het onmogelijke - een snelheid van 202,7 km/h, wat het breken van de volgende barrière betekende, maar niet de laatste, namelijk in 1911 op Dayton Beach waar de auto 228,1 km/h bereikte. Toen was de snelheid twee keer groter dan de snelheid die vliegtuigen ontwikkelden. Op welke banden versloeg Benz GP deze reeks records? Banden van het Duitse bedrijf Continental, natuurlijk. In het bijzonder het model Continental Balloon, standaard type banden in het hedendaagse aanbod van het bedrijf uit Hannover. Zoals u al kunt raden, was de samenwerking met Mercedes een droomvorm voor de promotie van het merk, die bovendien hiervan meerdere jaren heeft geprofiteerd, met het op spectaculaire wijze promoten van het Balloon model.

 

Malcolm Campbell achter het stuur van de BlueBird bolide.(fot. wikimedia.org)

Malcolm Campbell achter het stuur van de BlueBird bolide.(fot. wikimedia.org)

Drie minuten Dunlop

300 km per uur? Nog voor de 1e wereldoorlog werd ook deze grens overschreden. Op deze orginele manier heeft het oorspronkelijk vergeten, vandaag Britse merk Sunbeam, geprobeerd om de financiële situatie in de jaren twintig te verbeteren en probeerde meerdere malen een ander record te verbreken. De droom werd eindelijk werkelijkheid op 29 maart 1927 op dezelfde plaats in Daytona Beach, waar de Benz GP 16 jaar eerder reed. Het voertuig genaamd 1000HP, of Mystery, werd ontworpen door Jack Irving. 1000 paardenkrachten was slechts een marketing truc - in feite had de bolide een kracht van 100 pk. In tegenstelling tot de vorige record houders, bestelde Sunbeam speciale Dunlop banden. Ze werden gemaakt van een versterkte rubbersamenstelling, daarbij werden semi-ellipsvormige bladveren gebruikt, waarna de banden nog enkele maanden getest moesten worden, zowel op de autobaan als onder laboratoriumomstandigheden.

Ondanks het gebruik van de meest moderne technologie die toen mogelijk was, bleek dat zelfs het meest krachtige rubber niet meer dan drie of vier minuten in staat was, om de belasting bij snelheden van meer dan 300 km/h te weerstaan. Deze tijd bleek voor de Brit Henry Segrave genoeg te zijn om te versnellen tot 327,9 km/h. Maar voor Dunlop werden snelheidsrecords voor een bepaalde tijd een van de meest prestigieuze activiteiten, die ter gelegenheid een proeftuin waren voor nieuwe oplossingen die in straatbanden werden gebruikt. In 1935 leverde het bedrijf banden aan legendarische Malcolm Campbell, die achter het stuur van de Blue Bird auto eerst 445.5 (7 maart 1935), en daarna 484,6 km/h (3 september 1935) heeft bereikt.

Het laatste hoofdstuk met Dunlop

Ook met Dunlop eindigde het tijdperk van de snelheidsrecords van voertuigen met een conventionele aandrijving. Op 16 september 1947, bereikte John Cobb een snelheid van 634,4 km/h tijdens het besturen van de Railton Mobil Special op de bodem van het droge meer Bonneville in Utah. Hij gebruikte de banden van het Britse merk. Volgens de testresultaten, hadden de Dunlop banden de snelheid van minstens 600 km/h kunnen weerstaan. Maar, ze gingen zelfs een beetje sneller. Dezelfde banden, maar met de monsterlijke grootte van 52-inch heeft Dunlop’s Donald Campbell (zoon van Malcolm Campbell) uitgevonden, hij schreef 17 juli 1964 het laatste hoofdstuk van dit verhaal. Op de bodem van een ander opgedroogd meer - Eyre in Australië, heeft de BlueBird CN7 een snelheid ontwikkeld van 644,9 km/h. De ervaring die is opgedaan in de fabricage en het testen van dergelijke extreme banden heeft Dunlop later gebruikt, onder andere voor het bouwen van "civiele" banden met hogere snelheidindexen. Sinds de jaren 60 werden verhalen over autosnelheidsrecords wederom geschreven. Dit kwam doordat de ontwerpers straalaandrijving begonnen te gebruiken, en de Internationale Automobiel Federatie heeft dezelfde categorie voertuigen niet geclassificeerd zonder overdracht van vermogen naar de wielen.