Er is de afgelopen jaren ontzettend veel geschreven over de zelfrijdende auto. Autonoom rijden is lange tijd het streven geweest, waarbij meerdere autofabrikanten miljarden in onderzoek en implementatie gestoken hebben. Op dit moment is de autonome auto er nog niet. Ja, wellicht in een productiefaciliteit, ergens achter gesloten deuren; maar voor de consument is deze auto nog niet beschikbaar. Komen de zelfrijdende auto’s in 2020 op de weg in België? We verklappen het antwoord alvast: nee.

Semi-autonome auto’s zijn er al en Tesla wint veel terrein

Het is niet zo dat de techniek stil is komen te staan. Integendeel zelfs. Er zijn verschillende automodellen met een hoge mate van autonomie. De Tesla Autopilot wint het volgens velen met gemak. Dit systeem heeft adaptieve cruise control, handenvrij sturen, automatisch parkeren en wisselen van rijstrook op de snelweg. Tesla voert daarnaast met regelmatig updates uit om het systeem te verbeteren, waardoor hier de grootste stappen te zien zijn.

Andere autofabrikanten (BMW met Driving Assistance Plus, Mercedes met Drive Pilot, Nissan met ProPilot en Volvo met Pilot Assist) zijn ook druk bezig met het ontwikkelen van rijhulpsystemen. In alle eerlijkheid vallen de meeste toepassingen echter onder ADAS (advanced driver assistance system) en kunnen we geen van de semi-autonome wagens echt zelfrijdend noemen. Is er geen bestuurder aanwezig, dan komt de auto niet van de plek namelijk.

Wat verstaan we onder een volledig autonome auto eigenlijk?

Een volledig autonome auto is een auto die zelf alle handelingen kan verrichten om jou van A naar B te brengen. Als bestuurder hoef je dus niets te doen. We schrijven hier opzettelijk ‘volledig’ autonome auto, omdat er veel te doen is over de begripsbepaling. Er zijn namelijk vijf levels van autonomie wanneer het gaat om de zelfrijdende auto. Dat betekent dat een auto met niveau 1 ook een bepaalde mate van autonomie heeft, maar absoluut geen ‘volledige autonome’ auto genoemd mag worden.

Alleen de auto’s met level 5 zijn volledig zelfstandig en kunnen zelf rijden zonder dat de bestuurder in hoeft te grijpen. En die auto’s zijn nu nog niet op de markt. Mede omdat de AI (artifical intellegence ofwel kunstmatige intelligentie) nog niet perfect is, maar ook omdat de wetgeving nog lang niet rond is. Vooral de aansprakelijkheid bij ongelukken is een hot issue waar nog een antwoord op gevonden moet worden.

Waarom laat de techniek zo lang op zich wachten?

Concreet: omdat het perfectioneren van de techniek het meeste werk is. Met de vele ADAS-systemen zijn al flinke stappen in de juiste richting gezet, waarmee de auto steeds meer informatie verzamelt, vertaalt naar handelingen en deze ook zelf uit kan voeren (zoals een noodstop of afremmen wanneer de afstand tot de voorligger te klein wordt).

Maar dat zijn kleine stappen wanneer we kijken naar het totale plaatje. Een volledig autonome auto moet álle handelingen zelf kunnen verrichten en de juiste inschattingen maken in elke mogelijke verkeerssituatie. Dit wordt wel ‘de laatste 2 procent’ genoemd. Dit is het lastigste, het meeste werk en het moeilijkst om te perfectioneren. Want zelfs een foutmarge van 1% is te veel, aangezien dit leidt tot tal van ongelukken.

Er wordt al getest in België met autonome mobiliteit

Om die laatste twee procent rond te krijgen, wordt veel getest met het zelfstandig rijden. Ook in België, waar bijvoorbeeld een shuttle ingezet werd bij Han-sur-Lesse. In oktober werd een tweede test gestart, met een veel grotere afstand en een complexere shuttle die in Eigenbrakel een afstand rijdt van bijna 2,5 kilometer om zo meer ervaringen op te doen en de software uit te breiden.

Wat zijn de grote voordelen van die zelfrijdende wagen eigenlijk?

Wanneer het gaat om de autonome auto, dan gaat het om het beeld van de automobilist die rustig achterover in de auto kan zitten. Een vergadering kan plannen tijdens de reistijd – of wellicht even rustig een film kijkt die op de voorruit afgespeeld wordt. Dat klinkt wellicht aantrekkelijk, maar dat is een bijzonder klein voordeel wanneer we kijken naar het grotere plaatje.

De meeste ongelukken in het verkeer hebben menselijk falen als basis. Een vermoeide bestuurder die een kettingbotsing veroorzaakt, een afgeleide automobilist die van de weg raakt of een jong persoon achter het stuur die de rotonde in de derde versnelling probeert te nemen. Afleiding, vermoeidheid, verkeerde inschattingen en agressiviteit zorgen voor ongelukken in het verkeer. Dáár willen we vanaf. Hoe? Door het menselijk handelen volledig uit de mobiliteit zelf te halen.

Seigo Kuzumaki, topman bij Suzuki, zei daarover (in Zaventem!) dat we mensen veel plezier moeten kunnen wensen wanneer zij in de auto stappen, en niet ‘wees voorzichtig’. Door menselijk gedrag als factor uit het verkeer te halen, moet het aantal ongelukken (dat nu 1.3 miljoen levens per jaar eist) bijzonder hard teruggebracht worden.

Daarnaast is er nog een voordeel aan de autonome auto dat regelmatig gemist wordt. Optimale mobiliteit, met korte reistijden en -afstanden, wordt mogelijk door onderlinge communicatie en auto’s die aan de hand van big data beslissingen nemen in het verkeer.

Een uitstapje: platooning

Een goed voorbeeld hiervan vinden we in de transportsector. Op dit moment wordt geëxperimenteerd met platooning. In feite is dit niet meer dan een colonne van (vracht)wagens, waarbij de voorste wagen op dit moment nog bestuurd wordt. Wanneer we transport op deze manier in kunnen zetten, wordt distributie van goederen vereenvoudigd waarbij reistijden korter worden (minder verplichte pauzes) en ook de kosten lager worden. Door in colonne te rijden, nemen de brandstofkosten namelijk af. Ook ontstaat er meer vrije ruimte op de openbare wegen omdat de vrachtwagens gecentreerd en dichter op elkaar rijden.

Gaan we de autonome wagens op de weg zien in België in 2020?

Nee. En dat heeft een flink aantal redenen. Allereerst zijn de autofabrikanten er simpelweg niet klaar voor. De systemen zijn niet perfect en nu de aandacht op de verplichte ADAS-systemen is komen te liggen, krijgen deze ontwikkelingen voorrang op het autonoom rijden. Uiteindelijk zullen deze systemen – en de informatie die hieruit verkregen wordt – wél een bijdrage leveren aan de autonome mobiliteit.

Daarnaast is er nog te veel werk aan de Belgische infrastructuur. Waar Nederland de zaken goed op orde heeft, moet hier meer werk gemaakt worden van constant reflecterende wegbelijning en schone verkeersborden, omdat de sensoren in de zelfrijdende auto anders niet genoeg informatie kunnen verzamelen om daadwerkelijk zelfstandig te kunnen rijden.

De ontwikkelingen zijn dus in volle gang, maar wanneer je binnenkort een rijdende auto zonder bestuurder tegenkomt, is de kans groot dat iemand vergeten is de handrem aan te trekken tijdens het parkeren.